Spectaculaire passentocht
(week 3)
(foto's ontbreken nog)

Muurconstructies
Deze laatste week willen we in midden-Frankrijk een camping opzoeken om lekker te kunnen fietsen. Helaas lijken de weersomstandigheden roet in het eten te gaan gooien. Maar eens rustig aan doen dan. Langs het meer van Serre du Poncon rijden we nu westwaarts. Een geweldig groot stuwmeer. Naar verluidt het grootste kunstmatige meer van Europa. Geweldig altijd te zien hoe men gebruik gemaakt heeft van de mogelijkheden die de natuur biedt om een heel gebied onder water te zetten en daarmee andere gebieden weer van energie te voorzoen. Nu biedt het meer een keur aan recreatiemogelijkheden.
We doen het op ons gemak en hebben er twee dagen voor nodig naar het midden te komen. Via Gap en Grenoble rijden we weer eerst weer een deel van de Route Napoleon. Deze reden we in 2008 ook in zijn geheel.
Ondertussen raakte ook de voeding van de laptop defect. Zodoende gaan we op zoek naar een nieuwe voedingsadapter. Via Google en Tomtom komen we zowaar in korte tijd een zaak op het spoor die het door ons gezochte ook kan leveren. Binnen no-time staan we voor de deur en hebben we het gezochte. De storing is daarmee van korte duur geworden. De techniek staat voor niets tegenwoordig.
Dan zoeken we een camperplek. We zitten dan ter hoogte van het vliegveld van Grenoble. We vinden de opgegeven plekken echter niet de moeite waard en zoeken zelf een rustig dorpje. In het nietige Bressieux vinden op een parkeerplek bij een kerk en kasteel een rustige plaats voor de nacht. Opvallend in deze streek is de constructies van muren en muurtjes! Overal zien we een merkwaardig patroon van ingemetselde stenen. De eerste keer dachten we: tjoh, wat heeft deze man een werk van zijn tuinmuurtje gemaaakt, maar dan blijkt de hele streek dezelfde muren te hebben. Men maakt er hier werk van! Zal vast wel een betekenis hebben.

Schrijfster George Sand
De alpen hebben inmiddels plaatsgemaakt voor middelgebergte. Met weemoed laten we die hoge reuzen achter ons. Die imponerende bergen doen wat met je! Geen enkele piek hetzelfde, de dreigende woestheid, de kale rotsen en diepe afgronden, een feest om mee te maken. Daar voel je de oneindige weidte, je opgenomen in de schepping en tegelijk verloren in die onmetelijke afstanden.
Nu zijn er de rondingen en groene heuvels. Bos na bos, ook mooi in zijn eentonigheid, maar anders. Niet vergelijkbaar. Soms voel je je opgesloten. Rijdt over wegen die aan beide zijden omgeven zijn door het dichte loof. Dampen stijgen op wanneer de regen gevallen is, dan weer een uitzicht over een dal, een dorp, een weide of een boerenhofstee. Maar de beelden zijn kort. Bovendien is er voortdurend verkeer en moet je opletten. Boven is het vaak veel stiller en valt de eenzaamheid meer op. Om de grote stad Lyon te vermijden zoeken we de weg via Vienne, nemen net onder Lyon de autobaan (grotendeels tolvrij) en rijden richting Clermont-Ferrand. Even voorbij Riom nemen we de N144 naar Montluçon, tweebaans, met veel verkeer. En dat schiet uiteindelijk niet op.
Van het fietsen vanaf een camping komt niet veel terecht. Hoewel de Limousin en het gebied rond de rivier de Creuse veel te bieden heeft. De weersomstandigheden zijn ineens omgeslagen. We drentelen een paar dagen, bezoeken een kasteel. Een onaanzienlijk dorp, een kasteel wat niet kan tippen aan de grandioze kastelen langs de Loire, maar toch van een verrassende kwaliteit van binnen. In Boussac. Het troont op een rotsachtig voorgebergte, een kasteel uit de 12e eeuw. In de 19e eeuw regelmatige inspiratiebron van de schrijfster George Sand, die er nogal wat relaties op na hield, o.a. met Chopin. Veel meubilair en wandtapijten sieren dit kasteel dat nog altijd bewoond wordt (door de eigenaren van een wandtapijtenfabriek!)
Toch trekken we langzaam noordwaarts. Er is onderweg nog genoeg te zien. Na enkele typerende Franse dorpjes komen we aan in Bourges. Een grote stad. Met ook een grote camperplek. Ruimte genoeg. Gratis staanplaatsen. Wat heeft men hier ruimschoots goed gedacht aan camperaars. Daar kunnen heel veel plaatsen een voorbeeld aan nemen. Wie de stad bezoekt kan niet voorbij aan de grote kathedraal en paleis van Jacques Coeur. Die naam duikt in deze streek voortdurend op. Hij was in de tijd van Karel VII minister van financiën, een handelaar die van grote betekenis was voor het Frankrijk van de 15e eeuw. Bourges is zijn geboorteplaats, maar al van verre word je aan zijn betekenis herinnerd. De route erheen, menige straat, veel hotels, overal kom je zijn naam tegen.

Boekenstadje
Van daaruit nemen we de volgende dag de N151 richting de Loire. Je komt dan in La Charité-sur-Loire. Een gezellig dorp aan de Loire. Waard om even te stoppen en te bezoeken. Het boekenstadje aan de Loire, gelet op de vele boekenwinkels die je tegenkomt. Heerlijk voor de snuffelaar, veel interessante oude boeken zijn er te vinden. Leuke naslagwerken, oude handboeken. Van alles wat. Maar tegelijk een stadje waar heel veel gesloten is, zodra je even wat wegloopt uit de hoofdstraten. Lege huizen, lege panden, soms lijkt een straat totaal uitgestorven. Een fabriekje dat niet meer werkt, alles riekt naar verval. Ergens ontwaren we een oude drukkerij. We kijken stiekem even naar binnen en zien hoe net de stencilmachine aan het werk is. Ja, echt waar, een ouderwetse stenchilmachine draait reclame uit. Het lijkt er binnen een stap terug in de tijd. Ergens in de hoek zien we allerlei zaken die erop wijzen dat ze hier nog wel eens met lood zouden kunnen werken. Hoe is het mogelijk in deze digitale tijd. Niettemin een bijzonder stadje, vooral met de uitzichten over de Loire.
De volgende grote stad noordwaarts is Auxerre. Een aantal grote kathedralen domineren de stad aan de Yonne, de rivier die uitmondt in de Seine. De camperplek aan de boulevard is wegens een grote verbouwing opgeheven, maar aan de overkant is nog plaats. Zo midden in de stad vinden we het niet een rustige plek zodat we even noordwaarts in Gurgy een plek aan diezelfde Yonne vinden.
De volgende dag gaat het verder huiswaarts, we trekken via Troyes naar Chalon-en-Champagne. En zo trekken we verder noordwaarts. Dwars door het voormalige strijdgebied van de twee wereldoorlogen. Met zijn vele herinneringen. En de onafzienbare rijen kruizen van nutteloos vergoten bloed, vol van herinneringen aan jongens die afscheid namen van hun moeder en nooit meer thuiskwamen.
Dwars door dit vrije gebied rijden wij nu. En wij mogen thuis komen. In vrijheid. En vol dankbaarheid.



Top