Zomer 2007:  Zwerftocht door Midden-Spanje

Gieren
Het worden een paar rustige dagen rond de plaats Potes en het gebergte 'Picos de Europa', in de hoop dat we maandag inderdaad een wandeltocht boven in de bergen kunnen maken.
Vanaf Barcena zijn we via de wegen CA 182 en 282 binnendoor naar Potes gereden. Wel wegen waarin we drie keer een pas over moeten. Kleine weliswaar, maar erg tijdrovend. Als we aankomen aan de voet van de Picos staan we eerst een nacht bij het klooster en daarna op camping Viorna. Ons inziens de beste ( er liggen vier campings rond Potes) vanwege de rustige ligging en het prachtige zicht op de bergen. De andere campings liggen aan de doorgaande weg.
Ondertussen maken we ook nog een ander uitstapje. Via weg N621 (ri. Riaño) nemen we even later het dal naar Dobres (linksaf), ook wel aangegeven met Cucayo. Volgens de kaart moet er achter in het dal een mooi uitzichtspunt zijn. Als we in de verte het bergdorpje ontwaren vragen we ons echt af: hoe kun je daar - zo tegen de rotsen aangeplakt - überhaupt een dorp bouwen? De weg gaat steeds hoger, langsdiepe ravijnen. Tegen de bergwand aangeplakt. Op het laatst vinden we een mooie plek. Vlak voor de tunnel (daarachter ligt het dorp).

Net plek genoeg om de camper te stallen. We halen de stoelen uit de auto en installeren ons voor de rest van de middag. Een schitterend uitzicht, zowel naar boven als naar beneden. Boven onze hoofden cirkelen voortdurend gieren (monniksgieren, spanwijdte tot 2,5 mtr). Soms zien we er 8 tegelijk! In statige glijvluchten cirkelen ze steeds boven en rond ons heen of rusten uit op een van de hoge bergtoppen.
Als je er op let valt het steeds weer op wat een bonte keur aan vogels er toch rondvliegt!
Wat is onze schepping geweldig rijk en onze Schepper groot.
We kunnen er niet genoeg van krijgen, ook van de bergen rond ons heen.
een wandeling door de tunnel (het licht is handmatig in te schakelen) brengt ons in het dorpje. Voor de rest veel leesvoer verslonden. En zo lekker rustig daarboven! (Let op: de plek is direct aan de ingang van de tunnel, niet het uitzichtspunt 100mtr eerder).

















                                                                                           Dobres, net achter de tunnel 


Op de zondag hebben we voor het eerst een hele dag zon (jawel, geen regen). Over het algemeen - zo merken we later - hebben we kennelijk toch het beste weer: in en rond Nederland horen we deze zomer van veel regen, van storm en lage temperaturen. In Griekenland wordt het deze week zelfs 45°! Daar wordt een weeralarm voor afgegeven. Dan mag het in Spanje niet al tè warm zijn, het is er goed en de regen ontlopen we. Voor vakantie dus ideaal.
Ik houd me o.a. bezig met een boek over de vele vragen rond schepping, Intelligent Design en evolutie ("God beschikte een worm"). Boeiend thema om juist hier mee bezig te zijn! Heeft wel niet direct met een vakantieverslag te maken, maar toch...

Picos
Deze bergketen is het grootste nationale park van Europa. We stallen de camper op de P-plaats bij Funte De en gaan met de kabelbaan naar boven. Althans, we moeten geduld oefenen, want busladingen toeristen staan in de rij. Kennelijk wordt het dringen daarboven. Dus niet. De meesten werpen boven een snelle blik in de diepte en duiken het restaurant in. Sommigen moeten bijkomen van de steile gang naar boven, want de kabelbaan overwint ruim 800 mtr zonder ondersteuning. Die kabel moet dus wel heel sterk zijn! Sommigen staan er bibberend bij in de kabine.
Het aankomstpunt ligt bovenop een zeer steile wand. Een blik in de diepte laat menigeen griezelen. Sommigen verkennen een stukje van de omgeving, maar dat eerste gedeelte is juist het minst interessant. Na een minuut of 20 kom je a.h.w. over een soort kam heen en dan ben je pas echt in de Picos.
Hoewel er nog veel bewolking is, breekt de zon er af en toe door. Een heerlijke rust en weldadige stilte om je heen. Boven cirkelen de gieren, zwaluwen scheren langs je heen en een koebel aan een paard verraadt dat er meer leven is daarboven! We staan of zitten telkens stil te genieten, maken veel foto's (op deze site staat maar een klein deel) en na een eind wandelen drinken we koffie in een bergrestaurant.
Daar spreekt ons iemand afkomstig uit Leeuwarden. De man is vanaf 1 mei op zijn fiets onderweg en heeft de "camino" gedaan, d.w.z. de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella. Hij is nu op de terugweg en maakt even een uitstapje. Aan de hand van kaartmateriaal en de vele stempels vertelt hij iets van zijn indrukwekkende fietstocht, helemaal vanuit Nederland.
We dwalen nog wat verder rond, zien opnieuw de gieren vlakbij en komen even na vijf uur weer terug bij het dan verlaten restaurant. De bussen beneden zijn vertrokken. De echte wandelaars komen nu terug voor de laatste gondels naar beneden. Daar beneden op de parkeerplaats overnachten we. En we zijn niet de enigen. Het wordt trouwens wel koud die nacht. De volgende morgen is het buiten 8 graden, binnen 12.

                               Geniet even mee van de fotocollectie. Door ze aan te klikken krijgt u een vergroting te zien.







Moren
We laten de Picos nog niet los. Op een vorige reis zijn we langs de zuidkant getrokken (de N621 van Potes naar Riaño). Vooral het laatste gedeelte daarvan trekt door een geheel ander berglandschap met verrassende uitzichten, zo herinneren we. Zeer aan te bevelen. Dit keer gaan we boven langs. We bezoeken Llanes langs de zee. Een tip: wanneer je de grote weg zo'n 10 km vlak voor Llanes verlaat en via Andrin langs de kust rijdt, kom je op een hoge klif terecht die een machtig uitzicht geeft over de baai met in de verte Llanes. Het weer is ten tijde van ons bezoek minder goed, er staat een harde wind aan de kust. Dat maakt de golven spectaculair. Badgasten zijn er niet, maar wel enkele planksurfers die uiteraard verschillende keren ondersteboven gaan.
Llanes is een typerende stad voor de Asturische cultuur. Een oude vissershaven met veel renaissancistische huizen en vervallen paleizen. De veelkleurigheid van de huizen valt op, evenals de vele erkers aan de huizen. Leuk om er even rond te dwalen.
Dan trekken we verder langs de kust en gaan bij de afslag naar de N634 weer het binnenland in, d.w.z. naar de westkant van de Picos bij Covadonga.


       Pelayo, eerste overwinnaar van de Moren                              Gewijde grot                                               Toeristenstalletjes

Er bevindt zich hier een grot waarin de soldaten zich verstopt zouden hebben. Deze grot wordt nu als een heiligdom vereerd, verder is er een kapel waarvan het eronder uitstromende water geneeskracht zou bezitten of vrouwen aan de man zou helpen. Nog het een nog het ander hebben we uitgeprobeerd. Ondertussen rijden de bussen af en aan. Het stadje wordt door veel Spanjaarden dan ook beschouwd als een soort nationaal heiligdom. En dat is ook nog wel te begrijpen. Niet zozeer omdat het voor protestanten zoals wij een typisch bedevaartsoord is waar we ons niet direct in thuis voelen. De oorzaak ligt verder weg. Wie enigszins thuis is in de geschiedenis van Spanje weet dat Spanje lange tijd (vanaf de 8e eeuw) door de Moren uit Noord-Afrika overheerst werd. De Moorse invloeden zijn nog in vele bouwwerken te vinden (denk bijv. aan het Alhambra in Granada, gebouwd door een kalief in de 13e eeuw en aan de Mezquita, de Grote Moskee in Cordoba). Deze moslim-kolonisten (oftewel Moren) hebben een grote invloed gehad in cultuur en geschiedenis.
In een legendarische slag die te Covadonga plaatsvond werden voor het eerst de Moren verslagen en werd Spanje weer terugveroverd op de Moslims. Hier in Covadonga ligt dus best een historisch belangrijk moment, een omslag voor het behoud van Europa. Een doordenker op deze plaats: een volk dat zijn geschiedenis vergeet is gedoemd haar opnieuw te beleven...

Meren
Voorbij Covadonga - en daarom is de rit erheen alleen al de moeite waard - voert een weg de hoogte in, de bergen op. Een schitterende weg langs diepe afgronden die je bij indrukwekkende uitzichtpunten brengt (Mirador de la Reina). De weg vraagt stuurmanskunst en geen hoogtevrees want hier en daar ontbreekt een railing of muur. En juist op zulke punten komt er op de smalle weg natuurlijk net een tegenligger...
Bovenin kom je bij een tweetal meren (lago de Enol en Ercina). Vroeger is hier een mijn geweest. Oude resten ervan zijn nog terug te vinden. Grote parkeerplaatsen zijn aangelegd, veel picknickplekken aanwezig, vuurplaatsen e.d. Alles wijst op grootschalig toerisme.
Echter is het vandaag totaal bewolkt, de zon laat zich niet zien en de wolken komen steeds verder naar beneden. Als we terug gaan rijden we al door de wolken.



                Bergen rond de meren                         Helaas sterk bewolkt maar wel schitterend                                Resten oude mijn


Ook de volgende morgen zit de lucht nog helemaal dicht. We gaan nu echter naar het zuiden en zijn benieuwd hoe het daar is. Via Cangas nemen we weg N625 (richting Riaño) door een schitterende en indrukwekkende kloof dwars door de Picos. Steile rotswanden links en rechts, naast ons een woest stromend riviertje. Tegelijk is alle aandacht voor de weg nodig, want zowat elke 50mtr volgt een bocht. En smal is de weg hier, reken maar! Af en toe is het manoevreren om elkaar te passeren. Zo rijden we ongeveer 25 km tussen de steile en imponerende rotswanden door. Moeilijk in fotobeelden te vatten. En aangezien de videocamera het dus ook niet doet is het een eenmalige ervaring. De kloof is een belevenis op zich om doorheen te rijden. Jammer dat er slechts weinig parkeerplaatsen zijn om even te stoppen.
Als we er doorheen zijn stoppen we op de eerste de beste parkeerplek om van het uitzicht, de diepte en de koffie te genieten. Andere Nederlanders doen hetzelfde en zo wisselen we weer wat ervaringen uit. Het eerste wat opvalt is de aangename warmte en de zon die schijnt.

Verderop komen we bij de meren rond Riaño. Een groot stuwmeer heeft een aantal dalen gevuld. Het doodstille wateroppervlak weerspiegelt op schitterend wijze de bergen, de kleuren van het vele groen en de pracht van bloemen kleurt het geheel tot een schitterend decor. Wie niet beter weet zou denken dat dit altijd hier zo geweest is. Maar in de jaren 80 van de vorige eeuw heeft het oude dorp voor spraakmakende taferelen gezorgd toen het verdwijnen moest vanwege de komst van de stuwdam. Nu ligt er een volkomen nieuw Riaño. Mooi is wat anders, maar het stuwmeer met zijn vele armen heeft zich wel totaal aangepast aan de omgeving en is een bezoek meer dan waard. Op een parkeerplaats langs het meer blijven we lange tijd genieten.






Stuwmeer bij Riaño met rondom de prachtig weerspiegelende
bergen











Links nog een keer de weerspiegeling. Klik om uit te vergroten.

Rechts een ooievaarsnest dat boven het water uitsteekt op de plaats van het verdwenen dorp




Herrie
Midden in de stad Leon vinden we die avond dan dankzij de navigator perfect de camperlocatie. Met drie anderen brengen we hier de nacht door. De voorzieningen (water, WC, afval) waren deels op een verborgen wijze aangebracht. Voor vers water moest je een deksel in de stoep openen en je slang op de kraan aansluiten. Voor de WC moest je vlakbij het deksel van het riool openen en de WC legen. Opletten natuurlijk dat er niet net een voorbijganger in de open put stapt....
De stad Leon is de moeite waard om te bezoeken. We doorkruisen de stad met onze fietsen, hoewel deels lopend omdat het in de binnenstad zo ontzettend druk is. Kennelijk is er net een bepaalde feestdag want er vinden allerlei openlucht activiteiten plaats. Voor kinderen is een voorstelling al aan de gang, aan andere tonelen wordt nog gebouwd. Een doorsnee ouder publiek neemt op het ene plein alvast plaats, terwijl op een ander het geluid nog uitgetest wordt. Daar is nog geen publiek te zien. Hier zullen de jongeren zich wel tegen het einde van de avond verzamelen. Voor elk wat wils dus.
Zoals bijna elke stad heeft ook Leon een "Plaza de Mayor", zeg maar de Grote Markt. Zo'n plein vormt de kern. Aan dit plein ligt de grote kathedraal. Er tegenover de bisschoppelijke. Let op de slotplaat van de deur. Even uitvergroten en let daarbij eens op de myther en de hoed!
Wie oog voor details heeft, ziet nog eens wat!
Allerlei artiesten proberen intussen in de stad het publiek te vermaken, kortom we vallen met onze neus in de boter. Zeker ook als het geluid van de muziek tot één uur in de nacht op onze camperplek te horen is. De kinderen van de eerste voorstelling slapen natuurlijk al lang. Kennelijk gaat men er altijd van uit dat iedereen in de hele stad zulke harde muziek op prijs stelt, niet alleen degenen die zich op het desbetreffende plein verzamelen. Dat is het nadeel van een camperplek in de stad. Nee, dan de volgende plek nog eens!










                                                                      Zouden zij ook wachten op de voorstelling van die nacht?

Vanuit Leon gaan we zuidelijker. We volgen weg 630 richting Zamora en Salamanca. Een vrij saai gedeelte, waar we even de nodige kilometers maken. Het landschap is vlak. Eindeloze vlaktes, hier en daar enigszins glooiend. Al rijdend denk je af en toe gewoon door een Nederlands landschap te rijden, al ontbreken de koeien (hoewel die in NL ook nogal eens ontbreken in het daarvoor geschikte landschap).
Maar vergis u niet!
U bent hier op 1000 mtr. hoogte! Jawel, 1000mtr., terwijl je het gevoel hebt op zeeniveau te zitten. Het midden van Spanje is namelijk een enorme grote hoogvlakte. Madrid is ook de hoogst gelegen hoofdstad van Europa. Na Zwitserland en Oostenrijk kent Spanjehet meeste gebergte. Dat is nog eens wat anders dan het beeld wat de meeste Nederlanders alleen maar van Spanje hebben: van eindeloze stranden. Deze hoogvlakte heet de Meseta en is kenmerkend voor centraal-Spanje. Het wekt vooral verbazing wanneer je eerst tijdenlang door 'vlakke velden' hebt gereden en ineens honderden meters gaat dalen.
Onderweg doen we Zamora en Salamanca aan. Aan Zamora is niet veel te beleven, Salamanca brengt herinneringen naar boven. We waren er zo'n 10 jaar geleden met onze oudste en jongste dochter. We herkennen sommige punten. Anderen juist ook weer niet. Vreemd eigenlijk dat plaatsen waar je enige tijd geleden geweest bent totaal niet meer een herinnering wakker roepen. Komt het doordat we in die tussentijd al zoveel meer gezien hebben? Vloeit de ene herinnering over de andere heen?
In ieder geval een stad om weer even rond te lopen. En plaats te nemen op het Plaza Mayor.



            Salamanca. Boven:Plaza Mayor                            Boven: de grote kathedraal                               Boven: kerk, let op de kerktoren

            Onder: huis met de schelpen                              Onder: museum in Jugendstil                            Onder: ooievaars op kerktorens



We komen in de provincie Extramadura, het oudste deel van Spanje, grensgebied met Portugal. Bij Bejar verheft zich boven de hoogvlakte nog eens een berggebied erbovenop en daarna dalen we af tot rond de 500 mtr. In dit gebied komen nogal wat stuwmeren voor. We zoeken er een van op (Embalse de Gabriel Y Galan, langs weg EX 205). Het is een groot meer met vele vertakkingen en kleine strandjes. We verlaten de weg en komen op een van de vele plekjes terecht waar ook mensen uit de buurt verkoeling bij het water zoeken. Nodig op deze hete dag!
We staan op een schitterende plek. In de loop van de avond vertrekken de 'locals'. Aan de overkant is een blushelicopter waarschijnlijk met oefeningen bezig.
De bergen tekenen scherp af als silhouetten. Vooral wanneer de zon achter die bergen gaat verdwijnen zet een rode gloed deze in vlammen. Wanneer dan ook de laatste jongeren - met muziek - vertrokken zijn wordt het stil en langzamerhand donker. We hebben het rijk voor ons alleen. Dat wil zeggen: met alle oospronkelijke bewoners van dit gebied. De havik vliegt voortdurend rondjes om zijn territorium te bewaken. De overige vogels maken van het donker-worden gebruik om nog snel een afscheidsconcert te geven voor ze helemaal zwijgen. Intussen ontwaken de kikkers en geven een afwisselend concert. Elke kikkersoort op zijn eigen wijze. En kennelijik zijn het er nogal wat. Prachtig wordt het daar in die stilte.Om half elf nemen we nog een duik in het meer (het wordt in Spanje later donker, doordat je meer westelijk zit). De bijna volle maan is reeds opgekomen en de Sirius heeft - zoals gebruikelijk - als eerste ster de nacht al aangekondigd.
Slechts heel langzaamaan wordt het steeds meer nacht. Al spreidt de bijna volle maan haar licht over de omgeving uit. Ze zet het meer in een zilte gloed, ze tovert de dreigende bergrelieffen om tot heuvels die over ons overnachtingsgebied de wacht houden.
Zo gaat de tweede week ten einde.

Top - naar week 3